• Attima, een Indische opera van
    Constant van de Wall

Opera Attima van Constant van de Wall is een muzikale symbiose van Oost en West

“Opera Attima van Constant van de Wall is een volstrekt uniek werk in de Nederlandse muziekgeschiedenis”, vertelt operaregisseur David Prins. “Opera is in de Nederlandse muziekgeschiedenis altijd een ondergeschoven kindje geweest.” Tijdens de 50e Pasar Malam Besar in 2008 werd Attima opgevoerd in de Koninklijke Schouwburg in Den Haag. Dit schreef De Sobat toen.

“Het unieke zit hem in het Indische karakter van de opera Attima, een echte mix van Oost en West.”

Dit schreef de pers over de heropvoering van Attima in 2008:

Paul Korenhof in Opus Klassiek

“Bijzondere opera”
“Feestelijke wedergeboorte”
“Opvallende prestaties”
“Bewondering voor het geheel”
“(Attima’s) soloscène emotioneel en imponerend brok muziektheater”

Mark Duijnstee in Theater Centraal en Opera Nederland

“Hartverscheurend verismo in ‘Attima’”
“Prachtige Nederlandstalige opvoering overtreft elke verwachting”
“Annemarie Kremer is werkelijk Attima. Naast haar schittert Quirijn de Lang als Kartono”
“Vloeiende muziek, bijzondere instrumentatie”
“‘Attima’ is de enige grote romantische opera (en) de ontbrekende schakel in de Nederlandse muziekgeschiedenis.
Deze opvoering is een ‘must’ voor iedere operaliefhebber!”

Winand van de Kamp in Algemeen Dagblad

“Attima krijgt aria van Pucciniaanse allure”
“Sopraan Annemarie Kremer haalde vocaal en theatraal het onderste uit de kan”
“Attima vertegenwoordigt als zeldzaam voorbeeld van een Nederlandse romantische opera een belangrijk stukje cultuurgeschiedenis”

Aad van der Ven in Den Haag Centraal

“Attima vraagt om een vervolg”
“Den Haag heeft zijn reputatie als Indische Hoofdstad flink opgepoetst”
“Regisseur David Prins heeft eer van zijn werk”
“Annemarie Kremer, sopraan van grote allure”
“Te hopen valt dat het niet bij ‘Attima’ blijft”

In de negentiende eeuw was Europa volop in beweging. De meeste van de huidige natiestaten werden gevormd, wereldzeeën bevaren, nieuwe culturen ontdekt. Componisten, schrijvers en kunstenaars lieten zich graag inspireren door een andere, verre, horizon. Zo putte Bizet uit de muziektraditie van zigeuners voor zijn opera Carmen (1875) en haalde Puccini voor Madama Butterfly (1904) inspiratie uit Japan. Geheel in die lijn schreef de Indische componist Constant van de Wall zijn opera Attima, een muzikale symbiose van Oost en West.  Zijn inspiratie vond hij echter in zijn moederland: in Indië, waar hij geboren en getogen was. Zelf sprak Van de Wall (1871–1945, Soerabaja) over zijn Indische muziek en zijn componeertrant als het oosterse element in zijn toonkunst.

Gamelan-harmonieën voor westers instrumentarium

Van de Wall, die een westerse muziekopleiding had genoten, herschreef gamelan-motieven en gamelan-harmonieën voor westers instrumentarium, uitgevoerd door een symfonieorkest met onder andere violen, harpen, xylofoons en ander (klank-)slagwerk. Allerlei oosterse muzikale stijlkenmerken zijn in zijn muziek terug te vinden: de rapsodie, pentatonische toonladders, specifieke intervallen als de kwart en de kwint, melodieën van beperkte omvang, voorslagen in halve tonen, liggende bastonen, imitatie van gamelan-instrumenten, speciale instrumentatie en herhalingen om oosterse monotonie te suggereren enzovoort. Vandaar dat Van de Wall bekend werd als componist van werken met een oosterse signatuur. Dit werd ook versterkt door het gebruik van de Maleise en Arabische taal in enkele liederen die hij schreef.

Klassiek liefdesdrama

Ook in Attima, een klassiek liefdesdrama, ontmoeten Oost en West elkaar. Attima speelt zich af op Java, begin 1900. De Nederlandse onderofficier Armand en de Javaanse danseres Attima houden van elkaar. Attima beloofde ooit een muzikant van haar gamelan-gezelschap te trouwen. Wanneer zij hem haar liefde voor Armand opbiecht, volgen de dramatische ontwikkelingen elkaar snel op.

Geen operatraditie

De opera Attima is om verschillende redenen uniek, vertelt operaregisseur David Prins. “Attima is een van de weinige opera’s die in Nederland überhaupt is gecomponeerd. Dat komt doordat Nederland een heel arme operatraditie kent in tegenstelling tot bijvoorbeeld Duitsland. Voor de eenwording in 1871 kenden de vele Duitse staten een rijke en elkaar beconcurrerende hofcultuur. Liet de ene vorst een opera maken dan wilde de ander er als het ware óók een. Bovendien is Nederland een klein taalgebied en is opera een kostbare aangelegenheid. Alleen al om die redenen is het zo bijzonder dat Attima kon ontstaan en ook nog eens werd uitgevoerd.”
Het feit dat Constant van de Wall zijn inspiratie uit Indië haalde, maakt de opera – in de woorden van David Prins – “een volledig uniek werk in de Nederlandse muziekgeschiedenis”. Extra bijzonder natuurlijk 
is de datum van de uitvoering, tijdens de 50e Pasar Malam Besar, en de locatie, de Koninklijke Schouwburg in Den Haag,
de Indische hoofdstad van de wereld. De Koninklijke Schouwburg verwacht dat alle vijf voorstellingen van de bijzondere opera uitverkocht zullen worden. Op dit moment is de kaartverkoop in volle gang. [Dit artikel verscheen in 2007 in De Sobat; alle voorstellingen van Attima waren uitverkocht, red.]

Onbekend gebleven

Attima is ondanks de kwaliteit van de compositie en het dramatische libretto vrijwel onbekend gebleven. Componist Constant van de Wall schreef zijn opera in het Nederlands. Maar de eerste uitvoering
in de Koninklijke Schouwburg van Den Haag in 1904 was Franstalig. Dat had een puur praktische reden, vertelt Prins. “Van
de Wall zocht een ensemble en een schouwburg voor Attima. De Koninklijke Fransche Opera wilde Attima graag uitvoeren in de Koninklijke Schouwburg. Het Nederlandse libretto werd daarom in het Frans vertaald.”

Première in 1917

In 1917 ging Attima in Den Haag in première. In de jaren ’20 van de vorige 
eeuw werd de opera ook in Nederlands-Indië opgevoerd, in de oorspronkelijke Nederlandstalige versie. Althans, dat dachten David Prins en pianist Henk Mak van Dijk, dramaturg van Attima. “We hebben ontdekt dat de Nederlandse en Franse uitvoeringen nogal van elkaar verschillen, zowel in partituur als tekst. Constant van de Wall heeft zijn Attima blijkbaar gereviseerd. We hebben de partituren van beide uitvoeringen noot voor noot moeten vergelijken. Naar eigen inzicht hebben we vastgesteld dat sommige veranderingen verbeteringen waren, andere weer niet. Wat de tekst betreft hebben we het idee dat de ‘Indische’ uitvoe- ring van Attima enigszins kuiser was dan de ‘Franse’ uitvoering in Den Haag.” Voor de heropvoering in 2008 hebben Prins en Van Dijk gekozen voor het oorspronkelijke libretto.

Community-project

David Prins noemt Attima een community-project: professionele operazangers en -zangeressen zingen de hoofdrollen, maar in bijrollen en koren zingen ook semi-profs en enthousiaste amateurs. Er zijn heel wat koorleden (zie kader) nodig aangezien de aanstaande heropvoering van Attima de opera benadert zoals componist Van de Wall hem eigenlijk schreef. “Er komen daarom twee koren, zoals Van de Wall ook bedoeld heeft. Ook zal het orkest 53 musici tellen, in eerder uitvoeringen waren dat er 25. Attima is een opera van ‘het grote gebaar’”, vat regisseur Prins samen.

Inmiddels zijn de eerste audities achter
 de rug. David Prins is enthousiast over de goede voorbereiding van de auditerende tenoren, baritons en sopranen. “De zangers herkennen de waarde van dit stuk en zien een rol ook als een uitdaging: de solopartijen stellen namelijk zware eisen aan de vocalisten. De meeste zangers hadden een aria uit het hoofd geleerd. Sommigen vertelden het leuk te vinden nu eens in Nederland een opera te kunnen voorbereiden en spelen, aangezien zij meestal in het buitenland werken. Leuk is ook dat enkele zangers en zangeressen een link met Indië hebben, zoals veel andere mensen in Nederland natuurlijk. Zo is mijn moeder geboren en getogen in Indië. Samen met haar reisde ik vorig jaar voor het eerst naar Indonesië. Het was een bijzondere ervaring.”

Maar het is volgens Prins niet mogelijk om voor alle rollen Indische spelers te casten. Muzikale en theatrale kwaliteit komt op
de eerste plaats. “Het blijft theater”, vindt Prins. “Theater is geen filmische kopie van de realiteit. In het theater worden de spelers aangekleed en geschminkt; zo kan een Europese speler een metamorfose ondergaan en de rol van bijvoorbeeld de donkere Othello of de Aziatische Madama Butterfly overtuigend gestalte geven. Het unieke zit hem in het Indische karakter van de opera Attima, een echte mix van Oost en West.”

Om de heropvoering van Attima mogelijk te maken, werkten verschillende partijen samen: Het Nederlands Muziek Instituut, Stichting Opera achter de duinen, de Koninklijke Schouwburg en Stichting Tong Tong. “Annemarie Kremer speelde Attima, Quirijn de Lang  Kartono. Attima werd zes maal opgevoerd en was alle keren uitverkocht. Dit artikel verscheen in De Sobat in 2007.

Opera Attima een groot succes

Met de bijzondere operaproductie Attima en de tentoonstelling Werelds stond Indië in het middelpunt van de belangstelling. Een verslag uit 2008.

In de foyer van de schouwburg is bezoekster Annette Koolhaas (33) na afloop van de operavoorstelling Attima vol lof: “Ik had niet verwacht zo’n natuurlijke combinatie van
de Nederlandse en Indonesische cultuur te zien. Indisch tot in de puntjes zeg maar. De manier waarop de componist de westerse instrumenten met de exotische klanken van de gamelan vermengt is zo vloeiend. Voor die tijd revolutionair! Zeker omdat Van de Wall één van de eersten is die de Javaanse klanken in het theater bracht.”
In de kolonie opgegroeide en vervolgens in Europa geschoolde componisten verweefden hun Indische achtergrond door hun eigen muziekcomposities heen, waardoor een klassieke mengcultuur ontstond. In het Cultuurpaviljoen van de 50e Pasar Malam Besar liet de tentoonstelling Werelds – muziekcultuur uit Indië vroeger tijden herleven met oude concertprogramma’s en foto’s van het leven en werk van componisten.

Ook componist Constant van de Wall, liet zich begin twintigste eeuw inspireren door zijn oosterse ervaringen en Indische achtergrond. Zijn in de vergetelheid geraakte opera Attima werd ter gelegenheid van de 50e Pasar uitgevoerd in de Koninklijke Schouwburg van Den Haag. Het verhaal van Attima, waarin een Javaans meisje en een Nederlandse jongen vechten voor hun vrijheid, los van de regels en claims uit hun omgeving, blijkt van alle tijden. Op de planken en in de orkestbak van de schouwburg zijn meer dan honderd artiesten betrokken bij de zes unieke uitvoeringen van deze tot voor kort vergeten opera.

“Zo zuiver en zo natuurlijk. Annemarie Kremer is niet voor niets een wereldster”

Enthousiaste reacties

Met succes, want een kleine rondgang langs de bezoekers van de opera levert enthousiaste reacties op. De Utrechtse Rob de Graaf (28) bijvoorbeeld is operafanaat en kon naar eigen zeggen dit juweeltje niet overslaan. “Het is uniek dat dit stuk opnieuw de Koninklijke Schouwburg vol doet lopen. Constant van de Wall, de componist, is na zijn verhuizing naar Soerabaja in de vergetelheid geraakt. Zonde, want zijn muziek is van hoge kwaliteit. De instrumentale scène, waarbij je op het toneel alleen de bomen uit het donkere oerwoud ziet, laat je helemaal meevoeren naar de sprookjeswereld die door de klanken wordt gecreëerd.” Hans Vasteland (42) kreeg kippenvel van sopraan Annemarie Kremer. “Zo zuiver en zo natuurlijk. Ze is niet voor niets een wereldster,” vindt hij.

“Ik ben vooral enthousiast over het Indische element in de opera,” zegt Marianne de Lei (46) uit Hilversum. “De choreografie is prachtig en zelfs de échte Hollanders lijken de moeilijke handbewegingen van de Javaanse dans onder de knie te hebben. Heel leuk om te zien.” Even verderop staat Jet Tellegen (61). Zij is positief verrast: “Ik had niet verwacht dat muziek uit die tijd zo melodieus zou zijn. De Javaanse dans was niet geperfectioneerd, maar ik kan me voorstellen dat het moeilijk is voor de cast om te zingen, te spelen én te dansen. Het decor vond ik erg mooi, omdat het zo prachtig van kleur wisselt. Dat kan mij wel beroeren.”

Lovende kritieken

Ook in de pers kreeg Attima goede kritieken. In het tijdschrift Opera Nederland werd de productie ‘een ‘must’ voor iedere operaliefhebber’ genoemd, Den Haag Centraal hoopte dat het niet bij Attima zal blijven en volgens het Algemeen Dagblad vertegenwoordigde Attima ‘als zeldzaam voorbeeld van een Nederlandse romantische opera een belangrijk stukje cultuurgeschiedenis’. Ook internationaal is de voorstelling niet onopgemerkt gebleven. In het gerenommeerde Duitse operamagazine Orpheus Oper International stond Attima centraal staan in de serie Vergessene Oper.

Opera Nederland: “Een ‘must’ voor iedere operaliefhebber”

Regisseur David Prins kan dan ook tevreden terugkijken op het succesvolle project, dat hij heeft ervaren als een onvergetelijke reis. “Die reis voerde van de spelonken van archieven via dicht begroeide Javaanse vulkaanhellingen uiteindelijk naar het Haagse Voorhout en Malieveld. Om nooit te vergeten. Zoals ik ook de overrompelende gastvrijheid van de Koninklijke Schouwburg, Stichting Tong Tong, het Nederlands Muziek Instituut en de Pasar Malam Besar nooit zal vergeten. Samen met alle medewerkers is gebouwd aan een droom.”

Deze terugblik verscheen in het winternummer van De Sobat in 2008. Tekst en interview: Sanne Ravensbergen, Marjolein Theunissen.